Als eerste dient de ontwikkelaars-mode ingesteld te worden via Start -> Instellingen -> Voor Ontwikkelaars (of Winkey+R en ‘ms-settings:developers‘)
Hierna kan via de Windows features de ‘Windows Subsystem for Linux‘ aangevinkt worden.
Je kunt deze Windows-feature ook via powershell enablen:
Het commando ‘bash‘ zal de Ubuntu-bash-software downloaden en installeren. Nadat de software geïnstalleerd is wordt gevraagd om een gebruikersnaam en een wachtwoord. (die niet hetzelfde hoeft te zijn als je Windows credentials) De Linux environment is hierna gereed om gebruikt te kunnen worden en de zojuist aangemaakte gebruiker zal standaard gebruikt worden als je bash start. Het wachtwoord hoeft dan niet ingegeven te worden en de gebruiker is toegevoegd aan de groep ‘sudoers‘.
De C:-schijf van Windows wordt standaard gemount als /mnt/c dus de directory ‘/mnt/c/Users/Nico‘ is mijn Windows home directory.
Je kunt nu programma’s installeren zoals bijvoorbeeld met de commando’s:
sudo apt-get update sudo apt-get install -y git-all